Over mij:

Ik ben Johannes Koehoren en ik ben woonachtig in Noordhorn in de  gemeente Westerkwartier. Ik heb een opleiding gehad tot elektricien op de CLTS te Drachten en tot elektronicus en telematicus op de CMTS te Drachten. Ik heb mijn dienstplicht vervuld bij de Koninklijke Luchtmacht, waar ik 2 maanden een soldatenopleiding heb gehad bij de LIMOS te Nijmegen en daarna 12 maanden te werk ben gesteld als vliegtuig-trekkerchauffeur op de militaire vliegbasis te Leeuwarden. Ik heb de meeste ervaring in magazijnwerkzaamheden zoals: Orderpicking, logistiek, opslag en interntransport. Ik ben een echte plattelander die het liefst woont in een rustige omgeving met veel ongerepte natuur om me heen. Iemand die houd van gezelligheid met een biertje op zijn tijd. 

 

Dit is mijn profielfoto:

 

 

Dit is het wapen van de familietak Koehoorn:

(Dit is de tak waar mijn achternaam van afstamt, hoe het wapen er uitziet is een aanname.)

 

Driedaagse vakantie in Landskreis Harz in de voormalige DDR:

Van 18 t/m 20 september 2019.

Na een autorit van 426 km aangekomen in de plaats Swanebeck waar we hebben gelogeerd in een boerderij.

 

Op de binnenplaats van een kasteel in Gröningen.

 

Kalksteen-afgraving.

 

Met een authentieke stoomtrein een reis gemaakt, van Wernigrode naar de top van de Brocken op 1141 m hoogte, visa versa.

 

Mijn meest verre vakantiebestemming was in het zuiden van Zwitserland:

Van 5 t/m 12 juni 2011.

Met de trein van Heereveen naar Täsch (visa versa), 12 uur heen en 13 uur terug en overstappen in Utrecht, Frankfurt, Bern en Visp. Ik heb daar verder ook nog de dorpen Zermatt en Randa bezocht.

 

Uitzicht op Täsch.

 

De Matterhorn.

 

De schwarzsee op de kleine Matterhorn waar we vanaf Zermatt met de skilift zijn aangekomen en te voet weer zijn afgedaald totdat we weer in Zermatt aankwamen.

 

Zermatt in de winter.

 

De plaats waar ik heel vaak heb gekampeerd samen met mijn kameraden:

De "Huberdenhof", (ook Hubertushof genoemd) op de Kamp, werd in/vóór 1888 aangekocht of gebouwd door de kasteelheer van Well, baron von Schloissnigg en heette vroeger wellicht in een andere gedaante 'Portmanshof". Er hebben drie generaties Jenneskens op deze boerderij gewoond. De eerste was Theodor Jenneskens, die in mei 1888 met vrouw en 7 kinderen vanuit Wanssum naar De Kamp kwam en de boerderij pachtte. In Well werden nog twee kinderen geboren. De oudste van deze kinderen, Piet, trouwde in 1907 met Anna Maria Manders uit Well en nam de boerderij van zijn vader over. Waarschijnlijk kocht hij (of misschien nog zijn vader) de boerderij toen de bezittingen van het kasteel in en vlak na 1905 onder de hamer kwamen. Daarna was het de beurt aan Piet's zoon Antoon (Toën Jen, in de volksmond geheten). De naam Huberdenhof wordt in 1938 genoemd door Gerard Peters in zijn Kroniek als zijnde het eigendom van Piet Jenneskens en heeft zodoende geen relatie tot de naam van de vrouw van zoon Toon: Berden. In grote boerderijen was vaak een café gevestigd als bijverdienste, zo ook in begin 1900 in deze boerderij. De gelagkamer was een gezellig trefpunt en werd door jong en oud uit de omgeving bezocht. Voor landlopers en marskramers waren de café - boerderijen rustplaatsen, waar men zijn dorst kon lessen met een glas gerstebier. Zoon Toon heeft het bedrijf dus weer overgenomen van zijn ouders. Hij was getrouwd met Lies Berden. Het is bij het Leukermeer in de gemeente Bergen bij het plaatsje Well in het noorden van Limburg.